Eindelijk aangekomen in Parijs. Niemand kennende binnengestapt en met arendsogen andere bekijken en bekeken worden. Ik dacht dat er enkel een “body-scan” gedaan werd bij audities. Maar hier bleek al snel het omgekeerde. Zowel mijn ouders als ik voelde direct de klasse, de netheid en de strenge aanpak. We werden begeleid naar mijn kamer door een spontane leerling. Een typische kamer voor een internaat; elke kamer verdeeld in drie hokjes (net zoals bij een zwembad) en volledig wit uitgezonderd één enkel oranje accent op de kasten en een kleurrijk douche gordijn.
Na het uitpakken werd er een prestentatie gegeven door heel het lerarencorps. Exact 1 uur hebben de directeurs gepraat over de strenge regels binnen de school, de nog strengere regels op het internaat (eten niet toegestaan op de kamers, mama kreeg een crise cardiaque) en franse moppen verteld die ik niet verstond. De franse slag was niet te merken.
Daarna was het afscheidsmoment (zeer kort zoals ik het graag heb) en bleef ik alleen over in een leeuwenkooi vol leeuwen die zelfs mijn taal niet spraken. Ik probeerde zoveel mogelijk contact te leggen met andere maar net zoals bij leeuwen waren de leerlingen in het proberen mij te verstaan, LUI !
De volgende dag was de eerste echte schooldag.
Ze plaatsten mij voor algemene vakken één klas lager dan normaal zodat mijn frans kan evolueren. Maar daardoor is alles geziene leerstof en “zeer makkelijk”. “Zeer makkelijk” maar aan de andere kant ook verschrikkelijk. Verschrikkelijk door de grote rots van de franse taal die voor me staat. Het antwoord kennen maar niet weten (durven) te antwoorden door die grote rots voor me, is gewoonweg verschrikkelijk. Alsof je mond is dichtgenaaid. Ik besef nu dat het “school Frans” niet genoeg is, en weet waarom mijn leerkracht Frans (Mevr Duysters N.) zo achter mijn veren zat.
In de namiddag heb ik de dansvakken. En na de moeizame voormiddagen is de nammidag in de balletzalen geweldig. Je hoeft niet te kunnen spreken om dans te begrijpen en dan zeggen enkele danspassen meer dan 100 woorden samen. Op die momenten besef ik waarom ik daar ben, waarom ik daar sta en waarom ik mij doodzweet. Voor één doel; in plaats van te dromen over mijn leven, probeer ik mijn droom te leven.
Ondergetekend